woensdag 23 april 2008

Wild Wild East

Bij ons hostel in Vientiane hadden we een buskaartje naar Savannakhet gekocht. Niet zomaar een buskaartje, maar een kaartje voor een heuze VIP-bus. Concreet betekent dit dat de bus niet tussentijds stopt om mensen op te pikken en airco heeft. Wij vonden het de prijs wel waard gezien de 9 uur durende trip in ongeveer 35 graden. Helaas, helaas, bij het busstation aangekomen bleek er helemaal geen VIP-bus te rijden... GRRRR!!!
Maar we hadden een stoel en het was natuurlijk wel weer een avontuur. Bij iedere stop komen er allemaal verkopers op de bus afgerend om allerlei eten en drinken te verkopen. Vooral de platgewalste kip op een stokje was erg populair.



Wij hebben het maar even bij Pringles gehouden. Verder hebben we tijdens onze reis kunnen concluderen dat de capaciteit van de bus hier maximaal wordt benut. Op een gegeven moment zat zelfs het hele gangpad vol met mensen op plastic krukjes... Daarnaast staan er regelmatig brommertjes op het dak.



Wij hebben in ieder geval de volgende keer onze buskaartjes weer zelf bij het busstation gekocht. Nog steeds geen VIP-bus, maar tenminste ook geen VIP-prijs.

Nadat we een prima hostel in een mooi, enigszins verouderd, koloniaal gebouw hadden gevonden, was het tijd voor het hoogtepunt van ons bezoek aan Savannakhet, te weten...



Inderdaad, een dinosaurusmuseum(pje)! Dat hadden we van te voren niet aan zien komen, maar er hebben hier in de omgeving echt diverse dino-beesten geleefd. Best interessant allemaal. Verder was er hier eigenlijk niet echt veel te beleven dus hebben we maar wat door de stad rondgebanjerd. Wel hebben we ergens nog verrassend lekker gegeten!

Hierna was het tijd voor Pakse. In de omgeving van deze stad waren allemaal leuke dingen te doen. Toen wij echter een tourtje gingen boeken, bleek niemand te willen doen wat wij wilden... Dat werd dus een privechauffeur! Best relaxed eigenlijk voor een keertje. Eerst zijn we richting Champasak gereden voor de gelijknamige tempel daar, een opwarmertje voor Angkor Wat. Hiervoor moesten we nog wel even de rivier oversteken. Inderdaad, daar stond even later ook onze auto tussen.



Naast de schitterende tempels zelf hadden ze hier ook een erg leuk en informatief (dat is wel eens anders namelijk) museum. Ook grappig, je moest er, net als thuis in je hotel, je schoenen uitdoen.




Daarna op naar het hoogtepunt van de dag: per olifant een lokale heuvel beklimmen. Echt superleuk om een keer bovenop zo'n beest te zitten en eens uitgebreid aan zijn huid te kunnen voelen.



Eigenlijk ook vrij ranzig, want onze olifant vond 35 graden ook warm en zoog dus het water uit iedere (modder)plas op om dit vervolgens lekker tegen zichzelf (en ons...) aan te sprayen. Zelfs nadat het water volgens ons allang op was, bleek het beste beest nog in staat om ons op iets warms te trakteren...
Ondanks dat vonden we onze olifant helemaal te gek en hebben we hem na het ritje getrakteerd op wat suikerriet. Dat bleek een absolute lekkernij want onze olifant werd ineens wel heel actief. Erg gaaf om te zien hoe hij zo'n stuk riet heel handig met zijn slurf aanpakt en vervolgens zonder te morsen naar binnenwerkt.



Dit wekte bij ons toch enige nieuwsgierigheid op. Bij thuiskomst hebben we dus ook snel zelf suikerrietsap gekocht. Dat wordt hier echt op iedere straathoek verkocht, het leek ons alleen zo mierzoet. Dit bleek eigenlijk helemaal niet het geval; het was juist heel erg lekker.



En toen, toen gingen we hier alweer ons 3e nieuwe jaar vieren!?!. Ja, we kunnen er geen genoeg van krijgen! In Laos duurt dit feest maar liefst 3 dagen, dus dat beloofde wat. De 13e zaten we al 's middags klaar bij ons favoriete restaurantje om de festiviteiten mee te gaan maken. Inderdaad, 's middags, want in tegenstelling tot de voorgaande oud en nieuws wordt er hier geen vuurwerk afgestoken, maar met water gegooid. Naast versnaperingen zorgde ons restaurant voor water en allerlei bijbehorende attributen om water mee te gooien. Gelukkig maar, want onze gekochte waterpistooltjes bleken toch wat mager. Nadat eerst iedereen in het restaurant helemaal doorweekt was en onder het witte spul zat, moest de rest het ontgelden. Echt iedereen die langs kwam rijden kreeg er van langs. Met name de pick-up trucks met in de achterbak grote hoeveelheden kids (of Vietnamezen!) waren de klos. Natuurlijk hadden zij ook wel een beetje water bij zich, maar tegen onze aanblik en de overmacht van ons restaurant durfde natuurlijk niemand op...



Na een tijdje kwam de politie een paar keer langs om te zeggen dat we niet meer naar de mensen op straat mochten gooien. Hier trok ons restaurantpersoneel zich niet zoveel van aan (en wij dus ook niet). Als ze aankwamen rijden liep iedereen extreem schijnheilig het terras op met de bak water achter zijn rug. Toen echter de burgermeester hoogstpersoonlijk langskwam was het na 3 uur afgelopen met het feest. Dat was maar goed ook, want we hadden inmiddels een lamme arm van de emmers water gekregen.

De volgende dag zijn we richting Don Det vertrokken, een primitief eilandje in het zuiden van Laos dat onderdeel uitmaakt van Si Phan Don (4000 eilanden, het zal wel...). Primitief betekent in dit geval: alleen electriciteit van 18.30 tot 22.00 uur, geen schoon water (het water voor de douche werd gewoon rechtstreeks uit de Mekong gepompt), 1 zandweggetje en geen cola light!

We kwamen nogal wat mensen tegen die op dit eiland ziek waren geworden van het eten. Er zijn natuurlijk geen koelkasten op Don Det, want er is geen electriciteit. En hygiëne, ach ja dat is ook zo wat... We hebben dus vrij voorzichtig aangedaan en maar even geen zuivel, vlees en dergelijke gegeten. En hiermee is alles wederom helemaal goed gegaan en hebben we optimaal kunnen genieten van alle mooie dingen op het eiland.





Het was hier zo warm dat je vanuit je hangmat voor je houten bungalowtje de Mekong indook om af te koelen, om vervolgens weer op te drogen in je hangmat en de Mekong weer in te springen als je opgedroogd was. Erg vervelend allemaal. De locals bleken zo mogelijk nog luier dan de toeristen, dus het kostte nog wel eens wat overtuigingskracht om ze uit hun hangmat te krijgen als wij wat wilden bestellen.



De mensen van ons guesthouse waren trouwens echt superleuk en we moesten ze voor het gemak mama en papa noemen! Mama maakte de allerlekkerste lemon (eigenlijk lime, maar goed) juice ooit en papa voer ons overal heen. Onder andere naar een vet nieuwjaarsfeest op een ander eiland (een hele goede tip van mama). Dat was echt fantastisch, we zaten binnen 5 seconden onder het talkpoeder en moesten met iedereen toosten op het nieuwe jaar. Heel gezellig allemaal. Caren heeft zelfs nog een liedje meegedanst en dat vonden de locals echt helemaal leuk. Toen we tegen vijven (het feest was alleen 's middags) terugliepen naar de boot, moest papa nogal lachen om het feit dat we er zo toegetakeld uitzagen. Thuis dus snel weer de Mekong ingedoken...




Ondanks al het moois op het eiland was het na drie dagen Robinson (door de warmte en het ontbreken van een ventilator sliepen we echt slecht) ook wel weer tijd voor wat meer luxe. Richting de bewoonde wereld dus, en wel in Cambodja...

Geen opmerkingen:

Landkaart Nederland

Landkaart Thailand

Landkaart India

Landkaart Cambodja

Landkaart Laos

Landkaart China

Kaart Yunnan

Hier nog een kaartje met iets meer detail.

Landkaart Vietnam

Landkaart Filipijnen

Landkaart Australië

Landkaart Frans-Polynesië

Landkaart Chili

Landkaart Peru

Landkaart Argentinië