donderdag 31 januari 2008

Butanding

Na het mooie noorden wilden we nu graag richting het zuiden. Om hier zo snel mogelijk te komen zijn we rond een uurtje of 8 op de nachtbus naar Manilla gestapt. De bus zou super de luxe zijn, maar helaas, anders dan in Zuid-Amerika, betekent dit vooral dat de airco heel goed werkt. Na een koude nacht in een soort Connexxionbus kwamen we om 5 uur 's ochtends redelijk gebroken aan. Omdat we naar Legaspi wilden (dit ligt vlak onder de Mayon vulkaan) en Manilla geen centraal busstation heeft, moesten we vervolgens naar een ander busstation.

Proefondervindelijk weten we nu dat de taxichauffeurs in Manilla rond 5 uur niet te vertrouwen zijn. Buiten de taxi weten ze precies waar je heen moet, eenmaal in de taxi spreken ze ineens geen Engels meer en snappen ze ook niet meer waar je nu precies heen wilt. Vervolgens willen ze niet op de meter rijden, bestaat het busstation niet meer en/of ligt het station in een andere wijk dan waar je nu bent (oftewel de verste). Na wat navraag bij vriendelijke en behulpzame Filipino's die niet in de taxibusiness zitten én na wat onderhandelen én na wat overstappen in andere taxi's die wel de meter aan wilden zetten én na wat wandelen, kwamen we uiteindelijk toch aan bij het juiste busstation waar we een kaartje hebben gekocht voor een 10 uur durende reis naar Legaspi. Ruim 12 uur later kwamen we wederom redelijk gebroken aan bij de hotelkamer (ook wel de kledingkast) waar we de volgende dag heel, heel rustig aan hebben gedaan. Wel tijdens een stadswandelingetje nog in de lokale sloppenwijk beland. Heel apart, aan de ene kant echt triest om te zien hoe mensen hier leven, aan de andere kant was het juist heel leuk omdat iedereen super op ons reageerde, dus veel praatjes gemaakt, gezwaaid enz.



Na die rustige dag zijn we gaan zwemmen met de butanding!! De belangrijkste reden voor ons bezoek aan deze regio. Voor degenen onder jullie die geen idee hebben waar we over praten: een butanding is een walvishaai en met gemiddeld zo'n 8 meter lengte de grootste vis ter wereld (er zijn gevallen van 15 meter bekend). Dit is trouwens een haai en geen walvis, want dat is natuurlijk een zoogdier. Eerst kregen we een korte briefing: ze zijn beschermd, niet gevaarlijk (maar pas wel op voor de staart, je wilt hier geen klap van krijgen) en je moet een maximale afstand van 3 meter houden. Dat werkte op onze lachspieren, alsof je dat niet wilt als je in het water ligt met een vis van 8 meter!?! Hierna zijn we samen met 5 andere toeristen, 2 spotters, een kapitein en nog wat bemanning in een klein bootje de zee opgevaren.
Na iets van 10 rustige minuten ineens volledige commotie, de eerste butanding was door de bemanning gespot. Zonder dat wij de walvishaai hadden gezien werden we als ware commando's ergens in het vermoedelijke pad van de butanding in het water gedropt: snorkels op, flippers aan, en jump, jump, jump!!
In het water bleek het zicht bijzonder slecht, zo'n 3 meter. Misschien waren we wat verwend met het Great Barrier Reef. Wij achter onze spotter aan en toen kreeg Rinze een halve hartverzakking. Vanuit het donkere niets zag hij die vis ineens recht op hem afzwemmen. Nu hadden ze op de briefing wel gezegd dat een walvishaai niet gevaarlijk is, hij eet namelijk alleen plankton, maar als je in je zwembroek in het koude donkere water ligt en er komt zo'n enorme vis -met een bek van zo'n 1,5 meter breed- recht op je afzwemmen, dan vergeet je dat gewoon even.... Rinze is dan ook als een dolle aan de kant gedoken/gezwommen en kwam op de boot weer wat op adem... Enigszins teleurgesteld over het feit dat de rest van de groep niet echt onder de indruk was van zijn bijnadoodervaring.

Gelukkig zagen we al snel de volgende walvishaai en deze keer ging alles perfect. We konden niet alleen langszij, maar ook gewoon boven de butanding van zo'n 6,5 meter lengte blijven zwemmen (hij zwemt iets van 5 km per uur, voor een poosje goed bij te houden dus). Echt super indrukwekkend, wat zijn dat een geweldig mooie beesten. Eigenlijk besef je tot op het moment dat je er naast/boven zwemt niet hoe groot 6,5 meter lengte is.
Caren had bedacht dat ze maar in de buurt van de spotter moest blijven en dat wierp zijn vruchten af. Hij pakte haar ineens beet en leidde haar tot heel dicht bij de walvishaai, ook best spannend, maar op deze manier zwom ze een tijdlang precies boven zijn bek, echt onbeschrijfelijk.

Om iets van een indruk te geven vind je hieronder de link van een filmpje op YouTube. Het filmpje is op dezelfde lokatie gemaakt, zij hadden alleen iets beter zicht, maar wij zijn weer wat dichterbij gekomen (Rinze heeft hem zelfs aangeraakt). Filmpje butanding

Nadat we die ochtend 5 keer met een walvishaai gezwommen hebben, zijn we naar onder andere een uitkijkpunt over Legaspi gereden. Erg leuk om de stad aan onze voeten te zien liggen. 's Avonds zijn we samen met een ander stel dat die ochtend mee was lekker en gezellig uit eten geweest.




De volgende dag vroeg naar het vliegveld. We hadden namelijk bedacht dat we heel erg graag met het vliegtuig terug wilden naar Manilla, omdat we echt geen zin hadden in een 12 uur durende nachtrit (connexxionstyle). Hoewel het vliegtuig volgens internet vol zat, konden we last-minute op het vliegveld toch nog 2 tickets krijgen, hiephoi. Halverwege de vlucht pakte de steward ineens het omroepapparaat en vroeg om aandacht. Het was de hoogste tijd voor de Cebu Pacific Fungame! Hij ging een liedje zingen en als je de titel wist moest je je hand opsteken. Helaas niets gewonnen! Ten eerste kwamen we niet meer bij van het lachen en ten tweede bleken we volledig kansloos in een land waarin iedereen dol is op videoke (karaoke dus), ze hebben hier zelfs een tv-kanaal met non-stop videoke...

vrijdag 25 januari 2008

Noord Luzon

We zijn weer op het Noordelijk halfrond, oftewel geen Zuiderkruis meer aan de hemel, het water loopt weer de goede kant op weg in de gootsteen én het is weer winter. Gelukkig is het in de Filipijnen ook in de winter lekker warm. Verder zitten we nu in Azië en dat verschil merken we. Niet alleen de geuren, de mensen en het reizen is anders, er moet ook ineens gehandeld worden bij alles wat we kopen en/of willen. Bovendien zijn we ineens van de arme backpackers (met name Australië) veranderd in de rijke westerlingen. Maar... afgezien van wat wenningsverschijnselen bevalt het prima.

Wat we in het kader van het reizen nog wel opmerkelijk vonden is dat de afstand tussen Sydney en Manilla (6400 km) korter was dan het stuk dat we hebben gereden in Australië (8100 km). En dan hebben we voor ons gevoel ook nog maar een klein deel van Australië gezien...

Eerst maar even over de Filipijnen zelf. De Filipijnen zijn 's werelds 2na grootste archipel (na Indonesië) met meer dan 7000 eilanden. Het is 300 jaar lang een Spaanse kolonie geweest dus de officiële taal (Tagalog) bevat nog allemaal Spaanse woorden. Heel grappig: bier is hier serbesa en hallo kumusta. Tot zover ons Tagalog, want na de Spanjaarden hebben ook de Amerikanen de Filipijnen nog iets van 40 jaar bezet. Dit betekent dat bijna iedere Filipino Engels spreekt. Zo goed zelfs dat in sommige delen naast het lokale dialect beter Engels dan Tagalog wordt gesproken. Super handig voor ons natuurlijk en ook erg leuk, want op deze manier komen we veel meer te weten over de cultuur.

Onze eerste stop was Manilla, maar we hadden besloten hier alleen maar regeldingen te doen en straks voordat we naar Vietnam vliegen, de stad nog eens goed te gaan bekijken. Het eerste (en laatste...) project was hier een visum voor Vietnam verkrijgen. Dus op naar de Vietnamese ambassade. In onze naïviteit dachten we nog dat dit gewoon een kwestie was van de juiste straat vinden en vervolgens naar het juiste nummer gaan. Zo werkt het toch meestal... Nadat we eindelijk de goede straat hadden gevonden (Manilla bleek een grote stad met weinig straatnaambordjes te zijn), op zoek naar het goede nummer. Helaas zat ons nummer er niet bij en hield de straat alweer op, dachten wij dan. Na wat lokale rondvraag bleek echter dat de straten hier vaak meerdere namen hebben en dat die door elkaar heen worden gebruikt. Zo kwamen we erachter dat we die ochtend al heel dicht in de buurt van de ambassade geweest waren omdat die zo ongeveer in de achtertuin van ons hostel stond! Ach ja, zo hebben we wel veel van de stad gezien zullen we maar denken en -als het goed is- ligt er nu een visum op ons te wachten.

Missie dus uiteindelijk geslaagd en we zijn de volgende dag richting het noorden gegaan, naar Baguio. Dat leverde verrassing nummer 2 op. We hadden de kaart van de Filipijnen al uitgebreid bestudeerd en zagen dat de afstanden vrij kort waren. Veel plannen gemaakt dus over alle mooie plekjes die we wilden gaan bekijken. Totdat bleek dat je hier over 240 km ongeveer 7 uur doet. Dat is dus maar iets meer dan 30 km per uur! Nou ja, na 240 'fun' kilometers kwamen we dus aan in Baguio. Dat was echt een leuk stadje met veel studenten en dus veel restaurantjes en kroegjes, heel gezellig. Maar wat vooral opviel zijn de supercoole jeepneys, hét lokale openbaar vervoermiddel hier, wat een mix is tussen een jeep en een bus. Het leuke is dat ze allemaal uitgebreid versierd zijn en een naam op de voorkant hebben. Zo hebben we zelfs een "Hogwarts express" zien rijden, helaas geen foto! Wel van een aantal andere jeepneys natuurlijk:



Verder nog wat rondgelopen in de stad,



en naar een park geweest, met de redelijk bizarre, maar herkenbare negatieve gedachten op het 'cemetary of negativism'. Erg grappig.



Inmiddels hadden we wel wat behoefte aan frisse lucht. Ondanks dat de jeepneys te gek zijn, stoten ze wel heel erg smerige, zwarte rook uit. Daarom op naar een dorpje in de bergen, Sagada. Afgezien van de beenruimte in de bus was het een topreis door een schitterend landschap.




Hier hebben we een wandeling gemaakt met een gids. Echt superleuk, want wij zaten natuurlijk vol vragen over de omgeving en de Filipijnen en die kon hij mooi beantwoorden. Bovendien zijn de paden niet heel duidelijk en is het dus wel fijn om iemand bij je te hebben die de weg weet. De wandeling bracht ons langs allerlei 'hanging coffins', waarin de doden worden begraven zodat hun ziel makkelijk vrij kan komen. Volgens het oude geloof dan, de meeste Filipinos zijn nu katholiek (overblijfsel van de Spaanse bezetting). Verder kwamen we langs 'gewone' grafkisten die in een grot stonden.





Ook kwamen we langs allerlei rijstvelden, heel mooi.





Verder hebben we hier super lekker gegeten! Vaak bij de Yoghurt House, dus natuurlijk yoghurt, maar ook aardappelsalade, pasta etcetc, jummie. En dat alles voor minder dan 8 euro, met zijn tweetjes en inclusief serbesa.


Hierna was het tijd voor het hoogtepunt van deze streek, de rijstvelden van Banaue. Tijdens de tocht hierheen zijn we beland in een prive jeepney die was afgehuurd door een groepje Filipino's uit Manilla en 2 (aangeschoten!) Poolse heren op leeftijd, waarvan 1 in het gezelschap van een Filipijns hoertje. Echt bizar. Later kwamen we erachter dat zij hem gedurende zijn hele reis in de Filipijnen zou vergezellen.
Halverwege kwamen we nog even zonder benzine te zitten wegens miscommunicatie tussen de chauffeur en zijn broer, dus we hebben iedereen goed leren kennen. Eigenlijk wel weer heel gezellig. Eén van de Filipijnse meisjes trakteerde zichzelf nog op een lokale lekkernij: baton, oftewel een gekookt ei met een halfvolgroeide foetus (oftewel veertje en iets van een kopje tussen het eigeel). Vrij heftig op de nuchtere maag!



Gelukkig waren we die dag vroeg begonnen en kwamen we dus nog steeds op tijd aan in Banaue. De rijstvelden in terrasvorm worden hier ook vaak het achtste wereldwonder genoemd. Dat durven wij natuurlijk niet te zeggen, maar het was echt fantastisch! Zo ver als je kijkt zie je terassen met rijstvelden, heel indrukwekkend en mooi. Helemaal als je bedenkt dat ze meer dan 2000 jaar oud zijn. We zijn met een tricycle (brommertje met zijspan) langs allerlei uitkijkpunten geweest en hebben natuurlijk veel te veel foto's gemaakt. Hier een selectie.







De volgende dag zijn we met onze Poolse vrienden (natuurlijk vergezeld door ...) naar Batad gegaan. Dat is een plaats die je alleen te voet kan bereiken, wat het natuurlijk wel heel speciaal maakt. Voordat we echter konden gaan lopen moesten we eerst nog een uurtje met een Jeepney naar het startpunt. Dit alleen al was een indrukwekkende tocht op een smal bergweggetje waarbij we natuurlijk ook nog eens tegenliggers tegenkwamen.





Uiteindelijk liepen we, na 3 ietwat de spannende pogingen, vast op de laatste 100 meter bij onderstaande modderpoel.



Na zelf het laatste stukje te hebben gelopen van de berg, konden we aan onze wandeltocht beginnen. Eerst moesten we iets van een uur door dicht regenwoud lopen, maar toen konden we de terassen goed zien. Geweldig. We zijn hierna via de terassen naar beneden gelopen om een waterval te bekijken.








Dit alles onder begeleiding van een superleuke gids. Wellicht herkennen jullie hem als de inboorling die de neger met een speer doodt in Apocalypse Now (het verhaal speelt zich uiteraard af in Vietnam, maar de film is hier in de Filipijnen opgenomen)! Denk er anders lang haar en een G-string bij...



Hij was ook actief als lokaal politicus en zat dus vol interessante verhalen over het reilen en zeilen van de Filipijnse politiek, heel informatief.

Via onze gids weten we nou ook waarom er zo weinig straathonden zijn hier, die eten ze namelijk op. Duitse herders en bulldogs zijn niet te eten, maar de lokale variant schijnt niet te versmaden te zijn. Volgens de gids dan, wij hebben het (voor zover we weten) nog niet uitgeprobeerd...

vrijdag 18 januari 2008

O & N, Canberra en O & N

Allereerst wat fotootjes van Oud en Nieuw: de wachtende mensen (2 waren er wel heel blij dat ze op de foto gingen), de wachtende boten en het net ontvangen pretpakket dat het wachten voor ons juist een feest maakte!





en toen.... eindelijk vuurwerk op en om de Harbour Bridge. We waren echt zwaar onder de indruk, vette show!



The day after hebben we eigenlijk helemaal niets gedaan. Uiteindelijk moesten we er 's middags natuurlijk nog wel even uit om te zwemmen en 's avonds om te eten, maar verder hebben we de hele dag naar 24 liggen kijken onder het genot van veel pepernoten (zat allemaal in het pakket).
Daarna op naar de hoofdstad. Nee, dit is dus niet Sydney of Melbourne, maar... Canberra. Hier hebben we het parlement bezocht, alwaar we een hele interessante rondleiding hebben gehad. De gids spuide nogal wat nietszeggende maar leuke weetjes: Overal in Australie moeten de bordjes met 'Exit' groen zijn, behalve in de Senaat. Waarom? Omdat groen niet in het design past en rood wel. Gelukkig is dit de werkplek van de wettenmakers en zegt de wet in Australie dus dat alle Exit-bordjes groen moeten zijn, behalve....
Verder bestaat de 'Australian coat of arms' (het landelijke wapen, dus zoiets als onze leeuw) uit een kangoeroe en een emoe. Dit zijn beide dieren die niet achteruit kunnen lopen en symboliseren zo het feit dat Australie altijd vooruit kijkt.
En tot slot, de parlementsleden hebben 4 minuten om naar een stemming te komen als de bel is gegaan. Dit omdat het oudste lid vanuit de verste hoek van het gebouw er 3 minuten en 45 seconden over deed. De rest moet het dus zeker binnen de afgeronde 4 min kunnen halen. Jaja, zo kom je nog eens wat te weten over de Australische politiek.



En toen, toen kwamen de ouders van Rinze op 5 januari aan op Sydney airport. Super leuk om ze na 6 maanden weer live te kunnen zien en spreken. Samen hebben we eerst twee mooie dagen in Sydney gehad waarin Otto & Nel tijd hadden om wat bij te komen van hun jetlag, maar waarin we ook onder andere een leuke wandeling langs Bondi beach hebben gemaakt. Het water rondom de rockpool was vanwege een hoge druk gebied in de buurt indrukwekkend woest.



De 7e gingen we richting een huisje in de Blue Mountains. Dit is een natuurgebied vlakbij Sydney dat haar naam dankt aan de blauwe waas die er vaak hangt. Deze waas is het gevolg van de stofjes die door de grote hoeveelheid eucalyptusbomen worden afgescheiden.
Het huisje heette Tranquility en dat werd zeker waargemaakt. Op de onderstaande foto's kun je meegenieten van ons uitzicht. En natuurlijk was dit alles inclusief een barbecue, waar we dankbaar gebruik van hebben gemaakt.





Ook 's avonds was het uitzicht fantastisch:



Er zat zelfs een sterrenkijker in het huisje dus we hebben de maan van heel dichtbij kunnen bewonderen!
Verder hebben we natuurlijk ook uitgebreid gewandeld. Het is werkelijk een schitterend gebied met superveel mooie tochten.




Tijdens één van deze wandelingen hebben we ook nog even in het steilste treintje ter wereld gezeten (de officiele Guiness Book of Records oorkonde hing er uiteraard ter bewijs). En toegegeven: het was best steil.

Naast het vele wandelen hebben we natuurlijk uitgebreid de tijd genomen om goed bij te kletsen, lekker vaak terrasjes en restaurantjes te bezoeken en heerlijk in het huisje te relaxen, heel gezellig!
Maar na een week in het huisje was het helaas alweer tijd om afscheid te nemen van Otto en Nel. Zij hebben ons 's ochtends vroeg naar het vliegveld gebracht waar wij in een vliegtuig richting Manilla zijn gestapt. Otto en Nel hebben inmiddels hun camper opgehaald en zijn onder andere de oostkust van Australie aan het ontdekken.

vrijdag 11 januari 2008

De Great Ocean Road en Melbourne

De dag voor kerst vertrokken we uit Broken Hill richting Warrnambool. We maakten ons wel enigszins zorgen, want als kerst in Australië zou lijken op kerst in Nederland is alles dicht. Bij het benzinestation dus maar een pot pindakaas, brood en veel cola ingeslagen. Na een dag rijden aangekomen in Warrnambool, waar tot onze verbazing alles gewoon open was. Dus snel een motel gevonden en heerlijk uit eten geweest.
Toen was het tijd voor de 'Great Ocean Road'. Dit is een 243 km lange weg die langs een deel van de zuidelijke kust van Australië loopt. Tijdens de rit zijn er diverse indrukwekkende uitkijkpunten te bewonderen, waaronder de 12 apostles (waarom ze apostles heten is ons eigenlijk ontgaan).
Hieronder foto's van enkele vergezichten en een waarschuwingsbordje, waar wij in ieder geval heel hard om hebben gelachen (handig om te weten als je al 4 weken rondrijdt).




Tijdens onze rit wilden we ook nog een kleine detour maken naar een vuurtoren die volgens het bord 365 dagen per jaar open zou zijn. Helaas bleken deze 365 dagen exclusief eerste kerstdag te zijn?!?! We stonden dus uiteindelijk voor een dichte deur. Wat echter alles goed maakte was dat we tijdens de rit diverse wilde koalaberen hebben gespot. Eéntje had zelfs een kleintje, best cool.



Vervolgens op naar Melbourne dat vlakbij het einde van de Great Ocean Road ligt. Na alle outback was het heel fijn om weer eens in de grote stad te zijn. Na wat zoeken vonden we een uiteindelijk een behoorlijk fout hostel, maar ja het was laat en 1e kerstdag dus we waren allang blij dat we wat gevonden hadden. Onze kamer zat vlakbij de plek waar gerookt mocht worden en hier zaten allerlei dubieuze figuren tot diep in de nacht lawaai te maken, niet zo fijn dus. Gelukkig hadden we onze eigen kamer en kon de deur goed op slot...
Van de stad zelf hebben we een paar dagen wel echt genoten.


We zijn langs de hippe koffiewijk gegaan om onszelf lekker te verwennen. Daarna zijn we naar een van de hoogste gebouwen in de stad gegaan om Melbourne eens van bovenaf te bekijken. Voordat we naar boven mochten stond er nog wat uitleg over andere torens in de wereld. Ook Nederland werd genoemd. Volgens de informatiebordjes was het bekenste gebouw in ons landje.... De Erasmustoren. Ja inderdaad, ook wij keken hiervan op! Helaas nam de kaartjesverkoopster onze klacht/pleidooi niet bijzonder serieus dus het zal er nog wel even blijven staan. Het uitzicht was trouwens bijzonder indrukwekkend.


Na wat eten in een super gezellig restaurantje inclusief vet goede live muziek zijn we nogmaals de toren in gegaan. Wederom bijzonder mooi.



De dag daarna maar weer eens een schitterende stadswandeling gemaakt en toen was het al weer tijd om door te gaan naar.... de Penguin parade bij Philip Island. Het betreft hier kleine (qua formaat) pinguins die overdag in de zee aan het vissen zijn en vlak na zonsondergang aan land komen om terug te gaan naar hun holletjes in de duinen. Ze komen voor de veiligheid (mn roofvogels) altijd in een groep en wachten met zijn allen voor de kust totdat het schemerig wordt, zodat de roofvogels ze niet meer kunnen zien. Vervolgens waggelen ze groepje voor groepje het strand op, soms rennen ze ineens terug naar de zee omdat ze de overtocht nog niet aandurven, zo komisch! Helaas geen paradefoto's van dit alles, want daar worden de beestjes te gestresst van... Maar overdag hebben wij er tijdens een wandeling nog een paar gespot (er moet natuurlijk iemand thuisblijven om op de kids te passen):



Omdat we nog twee dagen tot Oud en Nieuw hadden, hebben we besloten nog twee nachtjes in Kiama te blijven. Dit was een leuk plaatsje in de buurt van Sydney met als onverwacht hoogtepunt een enorme blowhole.



Tja, en toen de langverwachte oudejaarsavond, maar dat de volgende keer....


Landkaart Nederland

Landkaart Thailand

Landkaart India

Landkaart Cambodja

Landkaart Laos

Landkaart China

Kaart Yunnan

Hier nog een kaartje met iets meer detail.

Landkaart Vietnam

Landkaart Filipijnen

Landkaart Australië

Landkaart Frans-Polynesië

Landkaart Chili

Landkaart Peru

Landkaart Argentinië